In de schijnwerper Derre Kwee

In AFC-Thuis, het programmablad dat bij iedere thuiswedstrijd wordt uitgegeven, laten wij in de rubriek "In de schijnwerper" een speler of staflid van AFC 1 aan het woord. Bij AFC – FC Lienden was dit Derre Kwee

Vaste waarde in de basis, deze nieuwkomer met de Friese voornaam en Indische achternaam: Derre Kwee, de 23-jarige, in het Overijsselse Losser geboren rechtsback. Opmerkelijk: na een jaar zonder voetbal, waarover later meer. Ex-prof: speelde 32 duels bij FC Emmen na jaren in de FC Twente-jeugd. Leverde contract in om, net als zijn maatje bij Emmen Johan Kulhan, voor een maatschappelijke carrière te gaan via een studie in Amsterdam.

Na FC Emmen speelde je na de winterstop een halfjaar bij Tweede Divisionist HHC Hardenberg, gevolgd door een reis van een half jaar naar Azië. Waarna je je aansloot bij The Reds, in navolging van Johan, ook student in Amsterdam. ‘’Nou, spelen… Geen minuut. Alleen maar trainen. De coach die mij had aangenomen werd ontslagen en zijn opvolger stelde mij niet op toen hij hoorde, wat ik de club al eerder had medegedeeld, dat ik het seizoen erop naar AFC zou gaan. Wilde alleen doorgaan met jongens die bleven.’’

Wow. Je was potentieel toch een van de beste spelers… ‘’Ja, heel apart. Zeker ook gezien HHC’s positie onderaan de ranglijst. Uiteindelijk wisten ze degradatie te vermijden dankzij winst in de laatste wedstrijd.’’

Ook bij AFC al snel een trainerswissel. Wat was je indruk van Du Chatinier? En hoe kijk je tegen de wisseling aan? ‘’Uitgesproken en woord houden karakteriseert Ton en dat kan je niet over elke hoofdtrainer zeggen. Dat kan ik dus wel waarderen. Hij heeft mij goed geholpen bij de introductie in de groep en bij de club. Daarbij trad hij mij zonder vooroordelen tegemoet: ik kwam al snel in de basis, terwijl ik toch een jaar niet had gevoetbald. De wissel is niet ideaal halverwege het seizoen, maar ik verwacht een interessante dynamiek. Alles komt toch weer open te liggen.’’

Hebben we het beste van je gezien? ‘’Nee, nog niet. Maar de stijgende lijn wordt natuurlijk mede bepaald door hoe het team draait. Of ik nog een doelpunt ga maken, zoals met Emmen tegen Sparta? Nou, ik speel graag aanvallend, vanuit achterin of het middenveld, en heb er al eens tegenaan gezeten. Dat doelpunt komt er.’’

Waarin ben je goed, wat kan beter? ‘’Mijn voetballend vermogen. Alles spelend oplossen, om zo onder de druk uit te komen, vind ik wel erg leuk in het voetbal. Zodat ik weer nieuwe mogelijkheden kan creëren voor het team. Maar dan moet je wel steeds heel goed weten wanneer voor veiligheid te kiezen. Ik hoorde de coach vaak roepen, als ik de bal weer eens voetballend van de achterlijn wilde halen… Kwaliteit en valkuil zit dicht bij elkaar. En verder heb ik als rechtspoot een goed linkerbeen; heb ook wel linksback gestaan. Technisch bijleren is lastig, want je traint nu maar twee, drie keer per week, waardoor er niet veel tijd overblijft om bij voorbeeld aannames en passing te verbeteren. Daarom, denk ik, richt je je automatisch meer op de onderlinge klik en het inspelen op elkaar.’’

Nooit meer profvoetbal, besloot je. Je ouders zijn allebei huisarts, maar je studeert Philosophy, Politics and Economics aan de VU. Huh? ‘’Ik heb veel met geneeskunde, hoor, maar werd uitgeloot. Misschien volgend jaar.’’   

door Michael van Os